Foto: de ploeg van het taalkamp in augustus 1976 in Theux. Luc staat boven rechts in wit hemd. Naast hem staat zijn vrouw en hun drie kinderen. Daniël Boccart staat boven in het midden met grijze t-shirt. André Drouguet links in het midden met zwart hemd.
“Een paar weken geleden kreeg ik plots een telefoontje van Daniël Boccart, een mede-moni van een kamp uit 1969. Of we nog eens konden afspreken. We hadden elkaar al vijftien jaar niet meer gehoord”, vertelt Luc Jacobs (82 jaar) enthousiast. 60 jaar lang heeft hij gewerkt voor de organisatie. Onder meer als vrijwilliger, coördinator en bestuurder. Momenteel is hij nog lid van de algemene vergadering. Hoog tijd voor een terugblik.
Toen Luc dat onverwachte maar meer dan welkome telefoontje kreeg, trommelde hij nog een andere moni op van toen, André Drouguet. Ook al hebben ze elkaar al heel lang niet gehoord, een Roelander ben je voor het leven en dat schept onverwoestbare banden.
Anno 2024 kennen we Luc bij Roeland als de bestuurder met een groot hart voor de organisatie. Op vormingsdagen voor vrijwilligers komt hij graag eens goeiedag zeggen tegen de huidige generatie vrijwilligers, brengt hij met veel enthousiasme een bezoekje aan onze taalkampen en komt hij steevast het Roeland-team veel succes wensen voor de start van de kampzomer. Hij weet als geen ander hoe leuk, maar ook hoe uitdagend die periode kan zijn en dat de vrijwilligers essentieel zijn voor de organisatie.
La chanson de Roland
Luc is een verhalenverteller. Vooral het verhaal over waar de naam van de vzw vandaan komt, vertelt hij graag. “De oorsprong ligt bij het episch gedicht ‘La Chanson de Roland’ uit de 11de eeuw. Het vertelt het heroïsche verhaal van de ridder Roland, de neef van Karel de Grote. Het speelt zich af tijdens de Slag bij Roncevaux in 778, wanneer het achterhoedeleger van Karel de Grote wordt aangevallen door de Saracenen. Roland leidt de verdediging. Hij wordt verraden door zijn stiefvader Ganelon, die de Saracenen op de hoogte heeft gebracht van de zwakte van het achterhoedeleger. Roland weigert in eerste instantie om op zijn hoorn, te blazen om hulp te vragen, omdat hij dat als een teken van zwakte beschouwt.”
“Uiteindelijk blaast Roland toch op zijn hoorn, maar de versterking arriveert te laat om het leger van Roland te redden en hijzelf overlijdt aan zijn verwondingen. Na zijn dood ontdekt Karel de Grote het verraad van Ganelon, die vervolgens wordt berecht en geëxecuteerd.”
"’Chanson de Roland’ is niet alleen een verhaal van heldhaftige daden en tragische offers, maar ook een viering van trouw, eer en de strijd tussen goed en kwaad.”
Vakantiekoloniën Roeland vzw
In 2021 vierde Roeland vzw haar 50-jarig bestaan van de taalkampen. Maar eigenlijk bestaat de vzw al veel langer, sinds 1953. “Na de verwoestingen van de Tweede Wereldoorlog begon de heropbouw van Europa. Dit leidde tot de opkomst van sociale zekerheid. Door toenemende welvaart kregen gezinnen meer financiële middelen en vrije tijd, waardoor vakanties gebruikelijker werden. Remi De Paepe werkte bij Ugetex of de ‘Unie der Gentse textielbedrijven’ als sociaal assistent en stichtte de vzw. Het oorspronkelijke doel van de vzw was om kinderen van werknemers uit de toenmalige Gentse textielbedrijven op vakantie te sturen”, zegt Luc.
"In 1966 kwam ik voor het eerst in aanraking met de vzw. Net terug van mijn legerdienst en begonnen als wiskundeleraar, bezocht ik tijdens de zomervakantie mijn broer die toen monitor was op een van de kampen in Bredene. De projectverantwoordelijke daar vroeg me of ik ook als vrijwilliger wilde helpen. En zo geschiedde.”
Foto: barbecue voor 100 deelnemers in Theux, begin jaren ’70.
In de jaren 60 tot en met 70 zag Luc met eigen ogen hoe de kampen steeds populairder werden. “Ik herinner me nog dat op de kampen van de vakantiekolonie Roeland in Sugny zo’n 180 kinderen aanwezig waren, waarvan de helft Franstalig en de andere helft Nederlandstalig. De foto’s van een gezamenlijke barbecue geven een heel goed beeld van de grote groep en de gemoedelijke sfeer.”
“Bij de start van de taalkampen in 1971 was de toevloed aan deelnemers nog beperkt, maar vanaf 1972 groeide dat zeer snel zodat we na 4 jaar een andere locatie moesten vinden. We hadden toen al zo’n 400 deelnemers en een wachtlijst. Kinderen en jongeren amuseerden zich geweldig en de ouders waren heel tevreden dat dankzij onze taalkampen de punten stegen op de schoolrapporten van hun kinderen. Uitbreiden en over de grenzen gaan, was dus de enige optie. Vandaag organiseert Roeland een 70-tal kampen in binnen- en buitenland. En de succesformule ‘Creatief talen leren’ wordt nog steeds gehanteerd.”
“Wist je dat we in de jaren negentig naast taalkampen ook computerkampen hebben georganiseerd? De technologie ontwikkelde zich echter zo snel dat deze kampen na een paar jaar overbodig werden voor de deelnemers. Computers en digitale vaardigheden werden steeds meer geïntegreerd in het dagelijkse leven en onderwijs, waardoor jongeren al vroeg en regelmatig toegang kregen tot deze kennis. Hierdoor hadden ze de computerkampen niet meer nodig om die vaardigheden te leren.”
Foto: Luc als financieel coördinator bij Roeland vzw
Financieel coördinator
Tot eind jaren tachtig combineerde Luc zijn vrijwilligerswerk als projectverantwoordelijke op de taalkampen met zijn werk als docent wiskunde. Toen hij de kans kreeg om financieel coördinator te worden van de vzw, greep hij die met beide handen. “De organisatie werd steeds populairder waardoor mijn vrijwilligerswerk moeilijk te combineren viel met mijn vaste job. Tot 2006 was ik bij Roeland verantwoordelijk voor de administratie, financiën en logistiek. En toen ik op mijn 64ste op pensioen ging, kon ik de vzw nog geen vaarwel zeggen en zetelde ik in de raad van bestuur. Tot nu.”
“Ik hou heel mooie herinneringen over aan Roeland. De reuzegrote barbecues in de jaren 70, de zonsverduistering die we zagen op een Frans taalkamp in Virton, de authentieke privéscholen in Engeland … Maar wat ik het meest koester, zijn de mensen die ik dankzij Roeland heb ontmoet. Stuk voor stuk gepassioneerde personen die maar één doel voor ogen hebben: die liefde voor taal doorgeven aan de volgende generatie en dat op een plezante en creatieve manier. Net die bezieling zorgt ervoor dat Roeland na meer dan vijftig jaar nog relevant is en nog lang zal blijven.”